|
Post by Nabanalife on Jun 9, 2004 4:48:09 GMT -5
slide 8-9: Daar staat op 'uitgelegd' hoeda het kempisch platoo ontstaan is, maar veel snap ik er ni van en in de cursustekst staat er denk ik ook niks over in. Ik heb in mijn lesnotities geschreven dat er na de ijstijd een reliefinversie optrad. Waarom zou het relief inverteren?
|
|
|
Post by salsia on Jun 9, 2004 5:23:26 GMT -5
Slide 11, linkse figuur: in het Laat-Plioceen/Vroeg-Pleistoceen was de Maas een bijrivier van de Rijn, de Rijn lag toen meer naar het westen dan nu en mondde uit in de Vroeg-Pleistocene zee waarvan de kustlijn is aangeduid (horizontale lijn waar de Rijn stopt)
Slide 11, middelste figuur: door ten eerste het losmaken van grote hoeveelheden puin in de Ardennen (vorstwerking; de benedenloop van de Maas, rond Aken, raakte daardoor verstopt) en ten tweede een verzakking in de benedenloop van de Rijn (slide 12; heeft te maken met Alpiene gebergtevorming) veranderde de loop van de Maas ter hoogte van Luik. Het verzakte gebied was een vlakte en het verval van de Maas daalde daardoor opeens waardoor die het grootste deel van haar puin daar afzette.
Slide 11, rechtse figuur: de gevormde puinkegel duwde de Rijn weg uit België.
Slide 13: het aangevoerde puin is veel beter bestand tegen erosie dan het omringende Tertiair zand, daardoor ligt dit gebied nu hoger dan z'n omgeving, in tegenstelling tot vroeger toen het een verzakt gebied was.
|
|
|
Post by salsia on Jun 9, 2004 6:12:29 GMT -5
p. 117: hoe zijn die kleibandjes nu ontstaan? is dat omdat de grond daar gelaagd is en er dus in de ene laag meer klei zit dan in de andere of is er een andere oorzaak?
|
|
|
Post by Doockles on Jun 9, 2004 6:45:22 GMT -5
p 111: die figuur 8, snap daar toch niet veel van
|
|
|
Post by Nabanalife on Jun 9, 2004 8:26:07 GMT -5
Slide 11, linkse figuur: in het Laat-Plioceen/Vroeg-Pleistoceen was de Maas een bijrivier van de Rijn, de Rijn lag toen meer naar het westen dan nu en mondde uit in de Vroeg-Pleistocene zee waarvan de kustlijn is aangeduid (horizontale lijn waar de Rijn stopt) Slide 11, middelste figuur: door ten eerste het losmaken van grote hoeveelheden puin in de Ardennen (vorstwerking; de benedenloop van de Maas, rond Aken, raakte daardoor verstopt) en ten tweede een verzakking in de benedenloop van de Rijn (slide 12; heeft te maken met Alpiene gebergtevorming) veranderde de loop van de Maas ter hoogte van Luik. Het verzakte gebied was een vlakte en het verval van de Maas daalde daardoor opeens waardoor die het grootste deel van haar puin daar afzette. Slide 11, rechtse figuur: de gevormde puinkegel duwde de Rijn weg uit België. Slide 13: het aangevoerde puin is veel beter bestand tegen erosie dan het omringende Tertiair zand, daardoor ligt dit gebied nu hoger dan z'n omgeving, in tegenstelling tot vroeger toen het een verzakt gebied was. Mercie Dus eenvoudiger gezegd: oorspronkelijk mondde de Maas uit in de Rijn aan het Kempisch Plateau. Bij die monding werd er grote hoeveelheden materiaal werden afgezet. Op een bepaald moment veranderden de Maas en Rijn van loop (door die Alpiene gebergtevorming), zodat het Kempisch Plateau droog kwam te staan. Doordat het door de Maas afgezette materiaal minder snel erodeert dan het gebied errond kwam het Kempisch Plateau hoger in het landschap te liggen. Juist?
|
|
|
Post by Nabanalife on Jun 9, 2004 8:32:03 GMT -5
p 111: die figuur 8, snap daar toch niet veel van Dat gaat over de Rijnslenk = groot breukgebied waardoor de een geul in het landschap ontstaat. De Rijn is daar op en bepaald moment beginnen in te stromen. De figuur toont aan dat de Vogezen en het Zwarte Woud eigenlijk 1 geheel is dat doorsneden wordt door die slenk. Geen idee wat ge daar nog meer over kunt zeggen.
|
|
|
Post by salsia on Jun 9, 2004 8:45:38 GMT -5
oorspronkelijk mondde de Maas uit in de Rijn aan het Kempisch Plateau. nee dat kan niet hé, kijk maar eens op het eerste kaartje: de Maas komt daar enkel in Wallonië. En toen was er zeker nog geen sprake van een plateau, dat komt pas op het laatste, door die reliëfsinversie Bij die monding werd er grote hoeveelheden materiaal werden afgezet. Op een bepaald moment veranderden de Maas en Rijn van loop (door die Alpiene gebergtevorming), en bij Maas ook doordat dat materiaal de weg van de Maas verstopte waardoor die een andere weg ging nemen zodat het Kempisch Plateau droog kwam te staan. hier ben ik even niet mee... op dat moment ligt dat gebied nog lager dus kan het niet droog staan?
|
|
|
Post by Nabanalife on Jun 9, 2004 9:07:02 GMT -5
nee dat kan niet hé, kijk maar eens op het eerste kaartje: de Maas komt daar enkel in Wallonië. En toen was er zeker nog geen sprake van een plateau, dat komt pas op het laatste, door die reliëfsinversie Inderdaad dat was weer dom van mij en bij Maas ook doordat dat materiaal de weg van de Maas verstopte waardoor die een andere weg ging nemen Is dat niet door die alpiene gebergtevorming dat er zoveel materiaal werd meegevoerd waardoor die verstopping ontstaat? hier ben ik even niet mee... op dat moment ligt dat gebied nog lager dus kan het niet droog staan? Niet direct natuurlijk maar na verloop van tijd zal dat wel droog komen te staan (kijk naar de oude meanders van rivieren die komen na een bepaalde tijd ook droog te staan).
|
|
|
Post by Stinus on Jun 9, 2004 10:32:57 GMT -5
p. 117: hoe zijn die kleibandjes nu ontstaan? is dat omdat de grond daar gelaagd is en er dus in de ene laag meer klei zit dan in de andere of is er een andere oorzaak? Ik heb dat es gevraagd aan iemand van 2e ir en die dacht dat het zo ging: Klei wordt eigenlijk altijd in bandjes gezet, maar in gebieden zoals de leemstreek wordt deze ingespoelde bandjes klei gehomogeniseerd door beestjes zoals wormen (en in de tropen termieten). Daar in zandgronden de biologische activiteit laag is, zullen deze bandjes niet verstoord worden... De reden dat er in sommige haplic luvisols van de eerste cuesta ook nog bandjes te bespeuren zijn, is wrschl omdat hier nog geen 'pedoturbatie' (verstoring door beestjes) heeft plaatsgevonden.
|
|
|
Post by simba on Jun 9, 2004 11:04:05 GMT -5
Da zou ik vrij stom vinden als we die allemaal moeten kennen. Ik heb alleen een paar belangrijke onthouden en daar behoren die van die pagina zeker niet bij. ;D
Dat ijzer komt er niet ineens dat is eigenlijk al in al die profielen aanwezig. Alleen vanaf uw vierde profiel is uw klei genoeg uitgespoeld zodat je ook ijzermigratie kan krijgen en dus ook die ijzerconcreties "ineens" ontstaan. Altijd hetzelfde principe eerst kleimigratie pas daarna ijzer en humusmigratie.
|
|
|
Post by salsia on Jun 9, 2004 11:13:13 GMT -5
Dat ijzer komt er niet ineens dat is eigenlijk al in al die profielen aanwezig. Alleen vanaf uw vierde profiel is uw klei genoeg uitgespoeld zodat je ook ijzermigratie kan krijgen en dus ook die ijzerconcreties "ineens" ontstaan. Altijd hetzelfde principe eerst kleimigratie pas daarna ijzer en humusmigratie. in dat vierde profiel: gaat het daar eigenlijk over de gewone ijzermigratie? want op p. 118 onderaan staat: "Tot besluit kan dus gesteld worden dat de ijzeraccumulaties aanwezig in ..c(h) en ..h veroorzaakt worden door oxydo-reductie fenomenen die duidelijk verschillend zijn van de cheluviatie-chiluviatie processen." Of heb ik dat stuk gewoon verkeerd begrepen?
|
|
|
Post by simba on Jun 9, 2004 11:34:57 GMT -5
ge moet gewoon onderscheid maken tussen uw oxido reductie en uw cheluviatie denk ik. Zo ne micropodzol da wordt gevormd door uw cheluviatie maar zo ne bodem met ijzeraccumulatie wordt toch vooral gevormd door uw oxido reductie denk ik. Dat proces kan veel meer ijzer verplaatsen heb ik uit de cursus begrepen.
|
|
tipi
Keuterboerke
een kromme streep is ook een lijn
Posts: 79
|
Post by tipi on Jun 9, 2004 11:54:39 GMT -5
ik weet dak er laat mee afkom maar toch nog ff over die allochtone/autochtone component: het is het tertiair substraat toch dat glauconietrijk is? Dus m.a.w. zal in het zuiden, waar de dekzandlaag minder dik is, menging met het substraat ervoor zorgen dat de bodem glauconietrijk is. Dus is glauconiet afkomstig van de autochtone component. Misschien staat het al op toledo ofzo ze maar da crashed constant bij mij...
|
|
|
Post by salsia on Jun 9, 2004 13:00:53 GMT -5
Ja als er glauconiet aanwezig is zit het idd in het tertiair substraat, maar nu is het wel zo dat in het tertiair in het noorden er geen glauconiet zit, wel in het zuiden. Dus het al dan niet aanwezig zijn van glauconiet in heeft niets te maken met de dikte van de dekzanden (is die dekzandlaag eigenlijk wel minder dik in het zuiden?).
|
|
tipi
Keuterboerke
een kromme streep is ook een lijn
Posts: 79
|
Post by tipi on Jun 9, 2004 13:37:48 GMT -5
ok ja de dikte van uw dekzand heeft der idd niks mee te maken, domme opmerking. Maar ik denk dak eruit ben: In het zuiden liggen de dekzanden op tertiair materiaal wat glauconietrijk is en dus als autochtone component aanwezig is. In het noorden zijn der op het tertiair nog fluviatiele afzettingen uit het oud-pleistoceen afgezet die geen glauconiet bevatten. Dus daarom bevat de autochtone component(=pleistoceen alluvium) in het noorden geen glauconiet. En aget ni meugt legder uve kop mor neffe
|
|